af
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Inhoud
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- af
Woordherkomst en -opbouw
stellend | |
---|---|
onverbogen | af |
verbogen | (alleen predicaat) |
Bijvoeglijk naamwoord
af
- (tweeletterwoord) klaar, gereed
- Het werk is nog lang niet af.
- ergens vandaan gaan
- Hij rent van het ongeluk af.
- naar beneden gaan
- Hij rijdt van de berg af.
Antoniemen
Uitdrukkingen en gezegden
- wij zijn terug bij af
- we zijn weer terug bij waar we begonnen zijn, al de tussenliggende arbeid is voor niets geweest
- af en toe
- soms, niet frequent
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
vnw. bijw. | ||
---|---|---|
voorzetselbijwoord | af | |
persoonlijk | eraf | |
aanwijz. | nabij | hieraf |
veraf | daaraf | |
vragend/betrekk. | waaraf |
Bijwoord
af
- bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord: niet langer op of aan iets
- afwassen: hij waste de kopjes af
- prepositioneel deel van een voornaamwoordelijk bijwoord niet langer op of aan iets
- De stank is er nog steeds niet af.
- scheidbaar deel van vanaf
- Hij is van de weg af.
- iets ~ zijn niet langer iets zijn
- Daarmee is hij politicus af
Verwante begrippen
Tweeletterwoorden in het Nederlands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Gangbaarheid
- Het woord af staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'af' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
Achterhoeks
Woordafbreking
- af
Bijwoord
af
- bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord: af; niet langer op of aan iets
- prepositioneel deel van een voornaamwoordelijk bijwoord: af; niet langer op of aan iets
Synoniemen
Deens
Uitspraak
Woordafbreking
- af
Naar frequentie | 25 |
---|
Voorzetsel
af
- (tweeletterwoord) van, uit
- «Naboerne sprang til og fik manden hevet op af vandet.»
- Buren sprongen erbij en kregen de man uit het water eruit getild.
- «Naboerne sprang til og fik manden hevet op af vandet.»
Afgeleide begrippen
- af-
- op af
- ned af
- ud af
Verwante begrippen
Tweeletterwoorden in het Deens | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
ad • af • al • at • by • da • de • du • dø • ej • en • én • er • et • få • gå • ha • ja • jo • ni • nu • ny • nå • og • oh • ok • om • op • os • pa • på • ro • sa • se • så • ti • to • ud • vi • åh • år • øh |
Drents
Woordafbreking
- af
Bijwoord
af
- bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord: af; niet langer op of aan iets
- prepositioneel deel van een voornaamwoordelijk bijwoord: af; niet langer op of aan iets
Gotisch
Voorzetsel
af + datief
Schrijfwijzen
IJslands
Uitspraak
Woordafbreking
- af
Naar frequentie | 22 |
---|
Voorzetsel
af
- (tweeletterwoord) aan, van, uit
Typische woordcombinaties
- birgðir af
een voorraad aan
Verwante begrippen
Tweeletterwoorden in het IJslands | |||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
að • af • bæ • ei • en • er • il • já • og • tá • án • ár • ær • æð • ég • él • úr • þá • þú |
Middelnederlands
Bijwoord
af
- af; bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord
Nedersaksisch
Woordafbreking
- af
Bijwoord
af
- bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord: af; niet langer op of aan iets
- prepositioneel deel van een voornaamwoordelijk bijwoord: af; niet langer op of aan iets
Schrijfwijzen
Synoniemen
Oost-Fries
Woordafbreking
- af
Bijwoord
af
- bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord: af; niet langer op of aan iets
- prepositioneel deel van een voornaamwoordelijk bijwoord: af; niet langer op of aan iets
Sallands
Woordafbreking
- af
Bijwoord
af
- bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord: af; niet langer op of aan iets
- prepositioneel deel van een voornaamwoordelijk bijwoord: af; niet langer op of aan iets
Turks
Zelfstandig naamwoord
af
Twents
Woordafbreking
- af
Bijwoord
af
- bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord: af; niet langer op of aan iets
- prepositioneel deel van een voornaamwoordelijk bijwoord: af; niet langer op of aan iets
Synoniemen
Veluws
Woordafbreking
- af
Bijwoord
af
- bijwoordelijk deel van een scheidbaar werkwoord: af; niet langer op of aan iets
- prepositioneel deel van een voornaamwoordelijk bijwoord: af; niet langer op of aan iets
Zweeds
Voorzetsel
af
- verouderde spelling of vorm van av van vóór 1906
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie. (Zweeds)
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie. (Deens)
Verwijzingen
- SAOL i Projekt Runeberg
- Svenska Akademiens ordlista över svenska språket (SAOL)
- SAOL 7 (1900): af
- Regeringsdecreet 1906: af → av
- SAOL 8 (1923): av
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 2
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Predicaatswoord in het Nederlands
- Tweeletterwoord in het Nederlands
- Bijwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %
- Woorden in het Achterhoeks
- Bijwoord in het Achterhoeks
- Woorden in het Deens
- Woorden in het Deens van lengte 2
- Woorden in het Deens met audioweergave
- Voorzetsel in het Deens
- Tweeletterwoord in het Deens
- Woorden in het Drents
- Bijwoord in het Drents
- Woorden in het Gotisch
- Voorzetsel in het Gotisch
- Voorzetsel met de datief in het Gotisch
- Woorden in het IJslands
- Woorden in het IJslands van lengte 2
- Woorden in het IJslands met audioweergave
- Voorzetsel in het IJslands
- Tweeletterwoord in het IJslands
- Woorden in het Middelnederlands
- Woorden in het Middelnederlands van lengte 2
- Bijwoord in het Middelnederlands
- Woorden in het Nedersaksisch
- Bijwoord in het Nedersaksisch
- Woorden in het Oost-Fries
- Bijwoord in het Oost-Fries
- Woorden in het Sallands
- Bijwoord in het Sallands
- Woorden in het Turks
- Zelfstandig naamwoord in het Turks
- Woorden in het Twents
- Bijwoord in het Twents
- Woorden in het Veluws
- Bijwoord in het Veluws
- Woorden in het Zweeds
- Woorden in het Zweeds van lengte 2
- Oude spelling van het Zweeds van voor 1906
- Verouderd in het Zweeds