afgrendelen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: afgrendelen (hulp, bestand)
Woordafbreking
- af·gren·de·len
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van af en grendelen
Werkwoord
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
afgrendelen |
grendelde af |
afgegrendeld |
zwak -d | volledig |
afgrendelen
- actief isoleren van de omgeving
- Aan de andere kant wil Xi ook niet zover gaan om op Amerikaans commando Noord-Korea te laten vallen. „We hebben weinig goede opties’’, zegt Shi. De olietoevoer afsnijden, alle exporten- en importen stopzetten , kortom Noord-Korea afgrendelen, leidt tot chaotische vluchtelingenstromen en misschien wel tot oorlog, zo vrezen de Chinese leiders.[1]
Synoniemen
Vertalingen
1. actief afsluiten van de omgeving
Gangbaarheid
- Het woord afgrendelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "afgrendelen" herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ NRC Oscar Garschagen 24 februari 2017
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Scheidbaar werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 90 %
- Prevalentie Vlaanderen 93 %