Naar inhoud springen

afstaan

Uit WikiWoordenboek
  • af·staan
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
afstaan
stond af
afgestaan
klasse 6 volledig

afstaan

  1. overgankelijk uit handen geven
    • Hij wilde zijn brommer niet afstaan, maar moest het wel. 
  2. inergatief ~ van: zich op een afstand bevinden
    • Hebben we in het Westen al ooit zo ver afgestaan van de natuur? 
     Hij vertrouwde er blijkbaar niet op dat de bescherming van zijn afstaande oren echt werkte.[1]
  • ver afstaan van iets
99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]
  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus op Wikipedia, ISBN 9789044632767
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be