Naar inhoud springen

zalm

Uit WikiWoordenboek
Versie door Geertivp (overleg | bijdragen) op 16 dec 2018 om 11:08 (expr)
Oncorhynchus tschawytscha, de koningszalm, een Pacifische zalmsoort

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zalm
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘beenvis’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1270 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord zalm zalmen
verkleinwoord zalmpje zalmpjes

Zelfstandig naamwoord

zalm m

  1. (voeding) Sjabloon:vissen een verzamelnaam voor een aantal vissoorten van de Salmonidae-familie
  2. (kleur) een zachtrode kleur, die van zalmen
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
  • Het neuse van de zalm.
het beste wat er is
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie


Verwijzingen