donkerzeegroen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • don·ker·zee·groen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord donkerzeegroen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het donkerzeegroeno

  1. (kleur) een donkere variant van de kleur zeegroen
    • Heeft u die ook in het donkerzeegroen? 
stellend
onverbogen donkerzeegroen
verbogen donkerzeegroene

Bijvoeglijk naamwoord

donkerzeegroen

  1. (kleur) de kleur donkerzeegroen hebbend
    • Hij rijdt in een donkerzeegroene auto. 


Gangbaarheid