rookwit
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- rook·wit
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van rook en wit
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rookwit | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
rookwit o
- (kleur) de kleur van witte rook
- Heeft u die ook in het rookwit?
stellend | |
---|---|
onverbogen | rookwit |
verbogen | rookwitte |
Bijvoeglijk naamwoord
rookwit
- (kleur) de kleur rookwit hebbend
- Hij rijdt in een rookwitte auto.
Kleuren in het Nederlands (nld) (de kleuren zijn slechts indicatief) (zie ook: RAL-kleuren)
Gangbaarheid
- Het woord 'rookwit' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.