Naar inhoud springen

val

Uit WikiWoordenboek
  • val
  • Leenwoord uit het Romani, in de betekenis van ‘Bargoens: deur’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1769 [1]
[A] + [B] + [C] enkelvoud meervoud
naamwoord val vallen
verkleinwoord valletje valletjes

[A]devalm

  1. algemeen: het omlaag gaan, de daling
  2. ten gevolge van de zwaartekracht naar beneden gaan
     Hij bleek manisch-depressief te zijn en was gedeeltelijk verlamd geraakt na een val van een hoog gebouw.[2]
     Ik zou het liefst door de liefde willen opstijgen, denkt Nella, omhoog naar de wolken, zonder val naar de aarde.[3]
  3. het ten gevolge van de zwaartekracht onvrijwillig ergens op terecht komen
  4. hoogte van waarvandaan iets naar beneden valt
  5. van zijn macht beroofd worden; ondergang
     Toen de wereldopinie zich na de val van Srebrenica en de genocide van duizenden moslimmannen tegen de Bosnische Serviërs keerde, wist Paul als goed opgeleid officier dat het einde van de oorlog in zicht was en dat er een Neurenberg van Joegoslavië zou volgen.[4]
     Hierna verloren de wagenrennen snel aan betekenis, al bleef het hippodroom in Constantinopel in gebruik tot aan de val van het Byzantijnse rijk.[5]
  6. richting van de stof, waarbij de figuren op de stof naar beneden gaan
  7. fruit dat uit de boom gevallen is, niet geplukt is
  8. beweegbare vloer van een ophaalbrug
  9. (waterbeheer) verkorte vorm voor dijkval of oeverval
    • De bewoners trokken weg uit vrees voor een val[6] 
  10. (Limburg) een naamval
  • Een oude rot in de val
Stoett-1957 [7]
  • Hoogmoed komt voor de val
iemand die erg trots is of hoogmoedig, krijgt gauw de bijbehorende ellende

[B]devalv/m

  1. apparaat met een vallende deur of klem, met als doel bepaalde dieren te vangen
  2. afhangende zoom of strook, bijvoorbeeld van gordijnstof voor een raam ter versiering of tegen de inkijk
  3. (figuurlijk) hinderlaag, valstrik
     Alsof de ouders erin zijn geluisd, alsof ze hadden kunnen ontsnappen - als ze maar niet in de val van het vaderschapsverlof waren getrapt.[8]
     ' Ik geef haar een knikje om te laten weten dat ik haar heb gehoord, en ga bij mezelf na: wat is eigenlijk houden van? Is het dat de ander doet wat jij wilt? Of juist dat je kunt accepteren dat de ander iets doet wat jou niet aanstaat en dat je toch aanwezig blijft, in liefde? Ik begrijp heel goed wat Bibi bedoelt, maar ik kan het niet goed rijmen dat zij deze wijsheid bezit en ernaar handelt, terwijl ik op mijn zesenveertigste nog steeds in de val trap die ik het 'Anne Frank-telefoontje' noem.[9]

[3]

  • In de val lopen ( of geraken)
In een hinderlaag lopen; betrapt worden

[C]hetvalo

  1. (scheepvaart) zeilval, lijn waarmee een vlag, zeil of rondhout gehesen kan worden
vervoeging van
vallen

val

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vallen
    • Ik val. 
  2. gebiedende wijs van vallen
    • Val! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van vallen
    • Val je? 
     Ik val gewoon in slaap van zijn gedichtm' 'Ik ga echt niet voorlezen op zo'n avond, Cynthia,' zei ik met opgetrokken neus.[10]
     Niet naar beneden kijken, want anders val je misschien 800 meter naar beneden.[11]
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[12]
  1. "val" in:
    Sijs, Nicoline van der
    , Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org
    ; ISBN 90 204 2045 3
  2. Teuntje de Haan
    “Een muur van water” (2018), Em. Querido's Uitgeverij op Wikipedia, ISBN 9789021409375
  3. Jessie Burton vert. Mieke Trouw-Luyckx
    “Het huis aan de gouden bocht” (2014), Luitingh-Sijthoff op Wikipedia, ISBN 9789021809526
  4. “De Camino” (2021), Luitingh-Sijthoff op Wikipedia, ISBN 9789024582280
  5. Onno van Nijf
    “Sportgeschiedenis” (2021), Athenaeum - Polak & Van Gennep op Wikipedia, ISBN 9789025312275
  6. PZC, 29 juni 2002: Dijkval verhaalt van kracht en onmacht rond de dijken
  7. www.dbnl.org
  8. Lynn Berger
    “De tweede: over het zijn en krijgen van een tweede kind” (2021), De Correspondent, ISBN 9789082821697
  9. Marion Pauw e.a.
    “4 wandelaars en een Siciliaan” (2022), The House of Books, ISBN 9789044363340
  10. Jessie Burton vert. Marja Borg
    “De muze” (2017), Luitingh-Sijthoff op Wikipedia, ISBN 9789024574704
  11. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  12. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

val, o

  1. keuze
  2. verkiezing

val m

  1. vallei

val, o

  1. keuze

val

  1. val
  • val
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   val     valen     valer     valene  
genitief   vals     valens     valers     valenes  

val, m

  1. inlaat
  2. ondiepte
  3. slagveld
  • val
  • Afkomstig van het Oudnoorse naamwoord val
m enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   val     valen     valar     valane  

val, m

  1. inlaat
  2. ondiepte
  3. slagveld
o enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   val     valet     val     vala  

val, o

  1. keuze
  2. verkiezing
  • val

val monbezield

  1. wal; aarden verhoging als verdediging tegen een vijand
  2. wal; aarden verhoging als verdediging tegen een overstroming
  3. (wegenbouw) baanlichaam; lichaam van zand onder een weg of spoorweg
  1. opevnění o

    val

    1. informeel tweede persoon enkelvoud gebiedende wijs van het imperfectieve werkwoord valit

    val

    1. val

    val o

    1. golf

    val, o

    1. keuze
    2. verkiezing

    val, g

    1. (walvisachtigen) walvis