Naar inhoud springen

valg

Uit WikiWoordenboek
  • valg
vervoeging van
valgen

valg

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van valgen
    • Ik valg. 
  2. gebiedende wijs van valgen
    • Valg! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van valgen
    • Valg je? 
  • valg
  • Afkomstig van het Oudnoorse naamwoord val
Naar frequentie 638
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   valg     valget     valg     valgene  
genitief   valgs     valgets     valgs     valgenes  

valg, o

  1. keuze
  2. verkiezing
    • valg
    • Afkomstig van het Oudnoordse naamwoord  val zn 
    Naar frequentie 710
      enkelvoud meervoud
    onbepaald bepaald onbepaald bepaald
    nominatief   valg     valget     valg     valga
    valgene  
    genitief   valgs     valgets     valgs     valgas
    valgenes  

    valg, o

    1. keuze
    2. verkiezing