hinderlaag

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • hin·der·laag
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord hinderlaag hinderlagen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de hinderlaagv / m

  1. verdekte opstelling vanwaaruit, vooropgezet plan waarmee men iemand onverhoeds wil overvallen
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen