fall
Uiterlijk
fall
enkelvoud | meervoud |
---|---|
fall | falls |
fall
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to fall |
he/she/it | falls |
verleden tijd | fell |
voltooid deelwoord |
fallen |
onvoltooid deelwoord |
falling |
gebiedende wijs | fall |
fall
- onovergankelijk vallen ww , een val maken
- The bigger they are, the harder they fall.
Hoe meer macht of success iemand heeft, hoe moeilijker het is om het te verliezen.
in slaap vallen
- «He fell asleep peacefully on 7th March at his home.»
- Hij ontsliep vredig op 7 maart bij hem thuis.
- «He fell asleep peacefully on 7th March at his home.»
- fall
fall
- gebiedende wijs van falla
Categorieën:
- Woorden in het Bretons
- Bijvoeglijk naamwoord in het Bretons
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 4
- Woorden in het Engels met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Werkwoord in het Engels
- Onovergankelijk werkwoord in het Engels
- Woorden in het Zweeds
- Woorden in het Zweeds van lengte 4
- Werkwoordsvorm in het Zweeds