stam
Inhoud
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- stam
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stam | stammen |
verkleinwoord | stammetje | stammetjes |
Zelfstandig naamwoord
stam m
- (biologie) een stengel, de dikke houtige stam van een plant
- (biologie) een boomstam, het deel van de boom tussen de wortels en de kruin
- (genealogie) geslacht, familielijn
- (antropologie) een volksstam, een samenlevingsvorm bestaande uit groep meer en minder verwante mensen, die meestal minder technologisch gevorderd is
- (biologie) een grote ader die in kleinere aderen vertakt
- (biologie) een taxon dat bestaat uit een of meer klassen en dat deel uitmaakt van een rijk
- (taalkunde) een onvervoegde of onverbogen woordvorm
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
|
Vertalingen
1. (biologie) een stengel, de dikke houtige stam van een plant
2. (biologie) een boomstam, het deel van de boom tussen de wortels en de kruin
|
|
4. (antropologie) een samenlevingsvorm bestaande uit groep meer en minder verwante mensen, die meestal minder technologisch gevorderd is
|
7. (taalkunde) een onvervoegde of onverbogen woordvorm
Werkwoord
vervoeging van |
---|
stammen |
stam
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stammen
- Ik stam.
- gebiedende wijs van stammen
- Stam!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stammen
- Stam je?
Gangbaarheid
- Het woord stam staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'stam' herkend door
100 % | van de Nederlanders |
100 % | van de Vlamingen. |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Deens
Woordafbreking
- stam
Werkwoord
stam
- gebiedende wijs van stamme
Noors
Uitspraak
Woordafbreking
- stam
Woordherkomst en -opbouw
- Bijvoeglijk naamwoord: Afkomstig van het Oudnoorse bijvoeglijke naamwoord stamr
- Zelfstandig naamwoord: Herkomst onbekend, misschien afkomstig van het Noorse zelfstandige naamwoord stamme
Naar frequentie | > 50000 |
---|
stellend | vergrotend | overtreffend | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald (sterk) |
m/v enkelvoud | stam | stammere | stammest |
o enkelvoud | stamt | |||
meervoud | stamme | |||
bepaald (zwak) |
enkelvoud en meervoud |
stamme | stamme | stammere |
Bijvoeglijk naamwoord
stam
Werkwoord
stam
- gebiedende wijs van stamme
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | stam | stammen | stammer | stammene |
genitief | stams | stammens | stammers | stammenes |
Zelfstandig naamwoord
stam m
- (dierkunde), (vissen) Squalius cephalus
(ook: Leuciscus cephalus
), kopvoorn, kopvoren
Synoniemen
Hyperoniemen
Nynorsk
Woordafbreking
- stam
Woordherkomst en -opbouw
- Bijvoeglijk naamwoord: Afkomstig van het Oudnoorse bijvoeglijke naamwoord stamr
- Zelfstandig naamwoord: Herkomst onbekend, misschien afkomstig van het Nynorske zelfstandige naamwoord stamme
stellend | vergrotend | overtreffend | ||
---|---|---|---|---|
onbepaald (sterk) |
m/v enkelvoud | stam | stammare | stammast |
o enkelvoud | stamt | |||
meervoud | stamme | |||
bepaald (zwak) |
enkelvoud en meervoud |
stamme | stamme | stammare |
Bijvoeglijk naamwoord
stam
Werkwoord
stam
- gebiedende wijs van stamma
Schrijfwijzen
Werkwoord
stam
- gebiedende wijs van stamme
Schrijfwijzen
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | stam | stammen | stammar | stammane |
Zelfstandig naamwoord
stam m
- (dierkunde), (vissen) Squalius cephalus
(ook: Leuciscus cephalus
), kopvoorn, kopvoren
Synoniemen
Hyperoniemen
Zweeds
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | stam | stammen | stammar | stammarna |
genitief | stams | stammens | stammars | stammarnas |
Zelfstandig naamwoord
stam, g
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 4
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Biologie in het Nederlands
- Antropologie in het Nederlands
- Taalkunde in het Nederlands
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %
- Woorden in het Deens
- Woorden in het Deens van lengte 4
- Werkwoordsvorm in het Deens
- Woorden in het Noors
- Woorden in het Noors van lengte 4
- Woorden in het Noors met audioweergave
- Woorden in het Noors met IPA-weergave
- Bijvoeglijk naamwoord in het Noors
- Werkwoordsvorm in het Noors
- Zelfstandig naamwoord in het Noors
- Dierkunde in het Noors
- Vissen in het Noors
- Woorden in het Nynorsk
- Woorden in het Nynorsk van lengte 4
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nynorsk
- Werkwoordsvorm in het Nynorsk
- Zelfstandig naamwoord in het Nynorsk
- Dierkunde in het Nynorsk
- Vissen in het Nynorsk
- Woorden in het Zweeds
- Woorden in het Zweeds van lengte 4
- Zelfstandig naamwoord in het Zweeds