Naar inhoud springen

samen

Uit WikiWoordenboek
  • sa·men
  • Afkomstig van:
Middelnederlands: tsamen, te zamen


  • Verwant in Germaans:
Engels: same
Duits: zusammen
Oudhoogduits: samanon, samo
Gotisch: sama
  • Verwant in Romaans:
Latijn: similis
Grieks: όμοιος, όμος

samen

  1. met iemand
  • samen ben je sterker / samen sta je sterker
als je iets samen met anderen doet kun je meer aan
•  Samen ben je sterker dan alleen, ook al was het met een onbekend 18-jarig meisje dat nog minder ervaring in de bergen had dan ik. [1] 


99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]
  1. Tim Voors: Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada, 2018
  2. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be