Naar inhoud springen

samenrapen

Uit WikiWoordenboek
  • sa·men·ra·pen

samenrapen [1]

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
samenrapen
raapte samen
samengeraapt
zwak -t volledig
  1. (lukraak) verschillende zaken tot een geheel maken
     De meubels zijn geen samengeraapt zootje meer, maar goed op elkaar afgestemd - zwart leer en zilverkleurige buizen, waar Jojo een zwak voor heeft -, terwijl bonte kleden aan de wanden Sibylles boeddhistische smakenpalet vertegenwoordigen.[2]
     Inmiddels ziet de toekomst er goed uit voor dINK. “Ons product loopt en er zijn geïnteresseerde investeerders. Finmix is voor mij een manier geweest om ons businessplan op orde te krijgen. De feedback die we daar kregen, was zeer waardevol. Op een halfuur geven zes financiële partijen de feedback die je anders in zes aparte sessies moeten samenrapen.”[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. “Onder buren” (2021), Ambo/Anthos uitgevers op Wikipedia, ISBN 9789026356186
  3. Bronlink geraadpleegd op 7 september 2024 Weblink bron “Dankzij innovatiesteun schiet ondernemer uit de startblokken” (Zondag 1 september 2013 om 13:54), De Standaard