varengroen

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • va·ren·groen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord varengroen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het varengroeno

  1. (RAL-kleur) een kleur groen met RAL-nummer 6025.
    • Heeft u die ook in het varengroen? 
stellend
onverbogen varengroen
verbogen varengroene

Bijvoeglijk naamwoord

varengroen

  1. (RAL-kleur) deze kleur hebbend, een kleur groen, met RAL-nummer 6025.
    • Hij rijdt in een varengroene auto. 
Vertalingen


Gangbaarheid