leigrijs

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • lei·grijs
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord leigrijs
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het leigrijso

  1. (RAL-kleur) een kleur grijs met RAL-nummer 7015.
    • Heeft u die ook in het leigrijs? 
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen leigrijs leigrijzer leigrijst
verbogen leigrijze leigrijzere leigrijste
partitief leigrijs leigrijzers -

Bijvoeglijk naamwoord

leigrijs

  1. (RAL-kleur) deze kleur hebbend, een kleur grijs, met RAL-nummer 7015.
    • Hij rijdt in een leigrijze auto. 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

71 % van de Nederlanders;
76 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be