van

Uit WikiWoordenboek
Versie door Zatev (overleg | bijdragen) op 14 okt 2019 om 11:09 (+ ces)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • van
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘voorzetsel’ voor het eerst aangetroffen in 901 [1]
  • afkomstig van:
Middelnederlands: van
Oudnederlands: fan
Germaans: *fana, *funa
Indo-Europees: *pone, *pana

=

  • Verwant in Germaans:
Duits: von, (Oudhoogduits: fona, fon), Oudsaksisch: fana, fan, Fries: fan (Oudfries: fan, fon)

Voorzetsel

van

  1. geeft bezit aan
    • Die fiets is van mij. 
  2. geeft herkomst aan
    • Hij komt van ver. 
  3. tussenvoegsel in achternamen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
Vertalingen
  vnw. bijw.
  voorzetselbijwoord     van  
 persoonlijk     ervan  
aanwijz.   nabij     hiervan  
  veraf     daarvan  
  vragend/betrekk.     waarvan  


Bijwoord

van

  1. prepositioneel deel van een voornaamwoordelijk bijwoord
    • Hij wist er niets van. 

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen


Achterhoeks

Voorzetsel

van

  1. van; geeft bezit of herkomst aan


Afrikaans

Uitspraak
enkelvoud meervoud
naamwoord van vanne

Zelfstandig naamwoord

van

  1. achternaam
enkelvoud meervoud
naamwoord van vans

Zelfstandig naamwoord

van

  1. bestelwagen, camionette

Voorzetsel

van

  1. van

Bijwoord

van

  1. van


Drents

Voorzetsel

van

  1. van; geeft bezit of herkomst aan


Engels

Zelfstandig naamwoord

van

  1. bestelwagen, camionette


Gronings

Voorzetsel

van

  1. van; geeft bezit of herkomst aan


Hongaars

Werkwoord

van

  1. zijn


Nedersaksisch

Voorzetsel

van

  1. van; geeft bezit of herkomst aan
Schrijfwijzen


Spaans

Werkwoord

vervoeging van
ir

van

  1. derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van ir
vervoeging van
irse

van

  1. derde persoon meervoud tegenwoordige tijd (presente) van irse


Sallands

Voorzetsel

van

  1. van; geeft bezit of herkomst aan


Stellingwerfs

Voorzetsel

van

  1. van; geeft bezit of herkomst aan


Tsjechisch

Uitspraak
Woordafbreking
  • van

Zelfstandig naamwoord

van

  1. genitief meervoud van [[vana#{{|no=1}}|vana]][[Categorie:Zelfstandignaamwoordsvorm in het {{|no=1}}]]


Twents

Voorzetsel

van

  1. van; geeft bezit of herkomst aan


Veluws

Voorzetsel

van

  1. van; geeft bezit of herkomst aan


Vietnamees

Werkwoord

van

  1. vragen, smeken

Zelfstandig naamwoord

van

  1. wals