lijst

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  lijst    (hulp, bestand)
• IPA: /lɛist/

Woordafbreking

• lijst

Woordherkomst en -opbouw

• In de betekenis van ‘rand’ voor het eerst aangetroffen in 1277

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	lijst	lijsten
verkleinwoord	lijstje	lijstjes

Zelfstandig naamwoord

lijst m/v

1. een opsomming van zaken die onder elkaar staan

   • Ik heb die belangrijke lijst thuis laten liggen. 

2. een rand in een speciale vorm om iets in te vatten, zoals een schilderij

   • Kijk toch eens naar die mooie lijst om dat portret. 

3. een kader of omtrek

   • Op die afbeelding hebben alle afbeeldingen een lijst. 

4. een vooruitspringende rand aan een gebouw

   • De lijst van die gevel is niet erg mooi. 

Hyponiemen

   

FAQ-lijst Kamerlijst PvdA-lijst Werelderfgoedlijst aandachtspuntenlijst aanslaglijst aanwezigenlijst aanwezigheidslijst absentenlijst absentielijst actielijst actiepuntenlijst adreslijst adressenlijst advieslijst afknijplijst afspeellijst afvinklijst afvloeiingslijst afwezigheidslijst albumlijst bagetlijst bangalijst bediendelijst begrippenlijst beleglijst bellijst bestandenlijst bestellijst bestsellerlijst bestsellerslijst bijlagelijst blauwe lijst blessurelijst boedellijst boekenlijst boodschappenlijst booglijst bovenlijst bronnenlijst bruidslijst cadeaulijst cargalijst checklijst cijferlijst computerlijst conceptlijst contactenlijst contactlijst controlelijst daklijst deelnemerslijst deklijst deurlijst discussielijst dodenlijst dopinglijst drankenlijst dranklijst = druiplijst e-maillijst eenheidslijst eierlijst eindexamenlijst eindlijst erelijst erfgoedlijst erratalijst evenementenlijst favorietenlijst fondslijst fotolijst gastenlijst gastlijst geboortelijst gedooglijst geslachtslijst gevellijst gootlijst graaierslijst groslijst handlijst handtekeningenlijst hitlijst hollijst hotlijst huisdierenlijst huwelijkslijst huwelijksreislijst ingrediëntenlijst inlijsten intekenlijst inventarisatielijst inventarislijst irritatielijst kandidatenlijst kartellijst keellijst keuzelijst kieslijst kiezerslijst klachtenlijst klantenlijst klaslijst klassenlijst koerslijst kooflijst kooplijst kroonlijst landenlijst lectuurlijst ledenlijst leerlingenlijst leeslijst literatuurlijst loodlijst loonlijst loterijlijst luisterlijst = mailinglijst maillijst mancolijst materiaallijst materialenlijst medewerkerslijst melklijst menulijst ministerslijst monumentenlijst naamlijst namenlijst negatieflijst nominatielijst ontwerplijst opgavenlijst opleglijst opnamelijst opsporingslijst overzichtlijst overzichtslijst paklijst partijlijst passagierslijst perklijst personeelslijst piketlijst plaatsingslijst positieflijst presentielijst prijslijst prijzenlijst prioriteitenlijst productenlijst productlijst profiellijst publicatielijst puilijst puntenlijst quarantainelijst randlijst ranglijst rassenlijst recordlijst referentielijst registratielijst reservelijst resultatenlijst rijkenlijst saldilijst sanctielijst scheurlijst schilderijlijst schutterslijst scorelijst screeningslijst senaatslijst sierlijst speellijst spelerslijst spellinglijst = sprekerslijst stadslijst staplijst startlijst steunlijst straflijst stuklijst sukkellijst takenlijst tandlijst tarieflijst tarievenlijst tegenlijst telefoonlijst tellijst terreurlijst tijdgeestlijst tiplijst todolijst toneellijst toplijst topschutterslijst topscorerslijst transferlijst trefwoordenlijst trekkingslijst turflijst uitdagerslijst uitslagenlijst urenlijst urgentielijst verdachtenlijst verkiezingslijst verkooplijst verlanglijst vernietigingslijst verwijderlijst verzendlijst volglijst voorkeurlijst voorkeurslijst voorraadlijst vrachtlijst vragenlijst vriendenlijst waardelijst wachtlijst waslijst waterlijst wedlijst weeklijst wensenlijst wenslijst wereldlijst werklijst wissellijst woordenlijst woordenschatlijst woordlijst zaadlijst

Afgeleide begrippen

   

lijstaanvoerder lijstcombinatie lijstduwer lijsten lijstenboek = lijstenklem lijstenmaker lijstgevel lijstkiesdeler lijstladder = lijstnummer lijstshoppen lijstspringen lijststem lijsttoneel = lijsttrekker lijsttrekster lijsttrommel lijstverbinding lijstvorming lijstwerk

Verwante begrippen

• [1] borderel, cedel, ceel, loonstaat, staat, tabel
• [2-3] omlijsting, raam, rand
• [4] richel

Vertalingen

    1. een opsomming van zaken die onder elkaar staan   

Duits: Liste (de) v Engels: list (en)

Spaans: lista (es) v

    2. een rand in een speciale vorm om iets in te vatten, zoals een schilderij   

Duits: Bilderrahmen (de) m, Rahmen (de) m Engels: frame (en), framework (en), picture-frame (en) Noors: ramme (no) m/v

Nynorsk: ramme (nn) v Spaans: marco (es) m

    3. een kader of omtrek   

Duits: Umrandung (de) v Engels: cadre (en)

    4. een vooruitspringende rand aan een gebouw   

Duits: Leiste (de) v

Werkwoord

vervoeging van
lijsten

lijst

1. enkelvoud tegenwoordige tijd van lijsten
2. gebiedende wijs van lijsten

vervoeging van
lijzen

lijst

1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lijzen
   

   • Jij lijst. 

2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van lijzen
   

   • Hij lijst. 

3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van lijzen
   

   • Lijst! 

Gangbaarheid

• Het woord lijst staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "lijst" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
100 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.