tap
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
-
[4]: Tap van blaasinstrument (links).
-
[5]: Schroefdraadtappen.
-
[7]: Biertappen.
Nederlands
Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
- Uit Middelnederlands tapp°, tappe “afsluitpin in een vat” (1240). In de betekenis van “afsluiter” voor het eerst aangetroffen in het jaar 1233. [1]
- Uit Germaans *tappan-, *tappon- “afsluitpin, afsluiter”, vergelijk Engels tap, Duits Zapfen “id.”. [2]
Woordafbreking
- tap
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | tap | tappen |
verkleinwoord | tapje | tapjes |
[7] | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | tap | taps |
verkleinwoord | tapje | tapjes |
Zelfstandig naamwoord
tap m
- een uitsteeksel, stomp
- Op de plaats waar de tak is afgezaagd is nog altijd een tap zichtbaar.
- (techniek) het (conische) uiteinde van een as
- De tappen worden uit de lagers gelicht.
- (techniek) het uiteinde van een staaf of draadeind
- De tap van de schroefbout is te lang.
- (muziekinstrument) het dunner gemaakte uiteinde van de buis van een blaasinstrument
- De tappen van deze blokfluit mogen wel eens worden ingevet.
- (techniek), (metaalbewerking) een hardstalen staafje met schroefdraad waarmee binnendraad wordt getapt
- Een setje van drie tappen.
- (techniek) een houten pen ter borging van een pen-en-gatverbinding
- De tappen in de houtverbindingen zitten nog altijd stevig vast.
- (techniek) de afsluiting en aftapkraan van een vat
- Een tap plaatsen noemt men “aanslaan”.
- (techniek) een aftak- of aansluitpunt op een kabel of leiding voor water-, gas- elektriciteit, etc.
- De tap op de telefoonkabel is pas later ontdekt.
Synoniemen
- [5] draadtap, schroefdraadtap
- [6] borgpen, toognagel, wig
- [7] aftapkraan, aftappunt
- [8] afluisterpunt, aftakpunt
Antoniemen
Hyperoniemen
- [2] aslagering
- [5] draadsnijgereedschap
- [6] houtverbinding, pen-en-gatverbinding
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
- [7,8] aftappen
Verwante begrippen
- [1] stomp, stronk
- [2] taats
- [3] aankoppelpunt, lager, vatting
- [5] binnendraad, schroefdraad
- [6] borging
- [7] gasbuis, kabel, waterleiding
- [8] aansluitplug, aftakkabel
Vertalingen
3. uiteinde van staaf
4. het dunner gemaakte uiteinde van de buis van een blaasinstrument
5. schroefdraadsnijgereedschap
6. borgpen
Meer informatie
- Zie de doorverwijspagina op Wikipedia voor meer informatie.
Werkwoord
vervoeging van |
---|
tappen |
tap
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tappen
- Ik tap.
- gebiedende wijs van tappen
- Tap!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tappen
- Tap je?
Gangbaarheid
- Het woord tap staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "tap" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ "tap" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ tap op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Engels
Uitspraak
Woordherkomst en -opbouw
- [1] Klanknabootsend, aangetroffen in het Middelengels tappen “zachtjes kloppen, tikken” (mogelijk beïnvloed door Frans taper). [1]
- [2]-[6] Ontwikkeld uit Oudengels tæppian “openen via een afsluitpin”, tæppa “afsluitpin” [2]
enkelvoud | meervoud |
---|---|
tap | taps |
Zelfstandig naamwoord
tap
- tik, het licht ergens tegenaan slaan, of het geluid daarvan
- (techniek) kraan, tapkraan, tap, voor vloeistof, gas etc.
- tapperij, een gelegenheid waar drank uit het vat wordt geschonken
- (techniek) draadtap, om schroefdraad te tappen
- (techniek) tap, hals aan staaf/buis om die in een volgende te schuiven
- (techniek) tap, aftakking van transformator, kabel of buisleiding
Afgeleide begrippen
- [1] tap dance
Verwante begrippen
Verwijzingen
- ↑
Weblink bron tap2 in: Oxford English Dictionary, second edition (1989) op oed.com
- ↑
Weblink bron tap1 in: Oxford English Dictionary, second edition (1989) op oed.com
Noors
Uitspraak
Woordafbreking
- tap
Naar frequentie | 2636 |
---|
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | tap | tapet | tap | tapa tapene |
genitief | taps | tapets | taps | tapas tapenes |
Zelfstandig naamwoord
tap o
- verlies
- «Påsken forløp uten tap av menneskeliv.»
- Pasen verliep zonder verlies van mensenleven.
- «Påsken forløp uten tap av menneskeliv.»
- (economie) verlies (bijv. een koersverlies)
- «Spekulasjonen endte med tap.»
- De speculatie eindigde met verlies.
- «Spekulasjonen endte med tap.»
- (sport) nederlaag
Synoniemen
- [2]: underskott
- [2]: underskudd
Antoniemen
Afgeleide begrippen
- [1]: blodtap
- [1]: hukommelsestap
Typische woordcombinaties
- [1-2]: lide tap
een verlies lijden
- [2]: selge med tap
met verlies verkopen
- [3]: et bittert tap
een bittere nederlag
Zelfstandig naamwoord
tap, mv
- onbepaalde vorm nominatief meervoud van tap
Nynorsk
Uitspraak
Woordafbreking
- tap
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | tap | tapet | tap | tapa |
Zelfstandig naamwoord
tap o
- verlies
- (economie) verlies (bijv. een koersverlies)
- «Spekulasjonen endte med tap.»
- De speculatie eindigde met verlies.
- «Spekulasjonen endte med tap.»
- (sport) nederlaag
- «Det vart tap i siste fotballkampen.»
- Er was een verlies in de laatste voetbalwedstrijd.
- «Det vart tap i siste fotballkampen.»
Synoniemen
- [2]: underskot
- [2]: underskott
Antoniemen
Afgeleide begrippen
Typische woordcombinaties
- [1-2]: lide tap
een verlies lijden
- [3]: eit bittert tap
een bittere nederlag
Zelfstandig naamwoord
tap, mv
- onbepaalde vorm nominatief meervoud van tap
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 3
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Techniek in het Nederlands
- Muziekinstrument in het Nederlands
- Metaalbewerking in het Nederlands
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 97 %
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 3
- Woorden in het Engels met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Techniek in het Engels
- Woorden in het Noors
- Woorden in het Noors van lengte 3
- Woorden in het Noors met audioweergave
- Woorden in het Noors met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Noors
- Economie in het Noors
- Sport in het Noors
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Noors
- Woorden in het Nynorsk
- Woorden in het Nynorsk van lengte 3
- Woorden in het Nynorsk met audioweergave
- Woorden in het Nynorsk met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nynorsk
- Economie in het Nynorsk
- Sport in het Nynorsk
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nynorsk