techniek

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • tech·niek
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘bewerkingen die behoren tot de industrie, vaardigheid’ voor het eerst aangetroffen in 1868 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord techniek technieken
verkleinwoord techniekje techniekjes

Zelfstandig naamwoord

de techniekv

  1. de bewerkingen en verrichtingen die nodig zijn om iets tot stand te brengen
    • Wordt er in uw beroep vaak gebruik gemaakt van technieken? 
     Normaal gesproken was dat geen enkel probleem geweest, ze gebruikten een eenvoudige en beproefde techniek met platen en bouten voor de samenvoeging.[3]
  2. de bewerkingen en verrichtingen die horen bij de industrie en de exacte wetenschap
    • Er is een speciale techniek voor reanimatie. 
     En met de Duitse organisatie en techniek kon er de hoognodige orde komen in het Franse gekkenhuis.[3]
  3. de manier waarop dingen zijn verricht
    • Hier worden echt speciale technieken gebruikt... 
  4. technische hulpmiddelen
    • Het gehele proces is overgenomen door de techniek. 
     Het was gek om mijn gezondheid helemaal in handen van deze wonderlijke techniek te leggen, maar het leek mij de meest efficiënte optie.[4]
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. "techniek" in:
    Sijs, Nicoline van der
    , Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org
    ; ISBN 90 204 2045 3
  2. techniek op website: Etymologiebank.nl
  3. 3,0 3,1
    Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Kop in het zand” (2015), Uitgeverij Prometheus, ISBN 9789044628142
  4. Tim Voors
    “Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers op Wikipedia
  5. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be