paar
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen


Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- paar
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | paar | paren |
verkleinwoord | paartje | paartjes |
Zelfstandig naamwoord
paar o
- twee personen of zaken die bij elkaar horen
- (pregnant) twee geliefden die een relatie hebben
Synoniemen
Hyperoniemen
Verwante begrippen
- [2] relatie, verhouding
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. twee van een soort die bij elkaar horen
2. twee geliefden die een relatie hebben
Onbepaald voornaamwoord
paar
- meerdere, maar niet heel veel
- Neem jij een paar appels mee?
- Die paar mensen zonder auto moeten maar gaan lopen.
- ▸ De hele dag was het vriendelijk en rustig weer geweest, maar nu kwam er vanaf de andere kant van de berg een zwaar onweer op me af dat om de paar seconden fel oplichtte.[5]
Synoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen
1. meerdere, maar niet heel veel
stellend | |
---|---|
onverbogen | paar |
verbogen | pare |
partitief | paars |
Bijvoeglijk naamwoord
paar
- even in getal
Antoniemen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
paren |
paar
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van paren
- Ik paar.
- gebiedende wijs van paren
- Paar!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van paren
- Paar je?
Anagrammen
Gangbaarheid
- Het woord paar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "paar" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[6] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ paar op website: Etymologiebank.nl
- ↑ 4,0 4,1 "paar" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018),
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Pennsylvania-Duits
Uitspraak
Woordafbreking
- paar
Onbepaald voornaamwoord
paar
- paar
- «Letschde Woch hemmer ee paar scheene warme Daage ghatt.»
- Vorige week hebben we een paar mooie dagen gehad.
- «Letschde Woch hemmer ee paar scheene warme Daage ghatt.»
Opmerkingen
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 4
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 1 lettergreep in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Pregnant in het Nederlands
- Onbepaald voornaamwoord in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %
- Woorden in het Pennsylvania-Duits
- Woorden in het Pennsylvania-Duits van lengte 4
- Woorden in het Pennsylvania-Duits met audioweergave
- Woorden in het Pennsylvania-Duits met IPA-weergave
- Onbepaald voornaamwoord in het Pennsylvania-Duits