part
Uiterlijk
- part
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | part | parten |
| verkleinwoord | partje | partjes |
het part o
| vervoeging van |
|---|
| parten |
part
- Het woord part staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "part" herkend door:
| 96 % | van de Nederlanders; |
| 93 % | van de Vlamingen.[6] |
- ↑ "part" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ part op website: Etymologiebank.nl
- ↑ part op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
| enkelvoud | meervoud |
|---|---|
| part | parts |
part
- deel, gedeelte
- «He cut the apple in two parts.»
- Hij sneed de appel in twee delen.
- «He cut the apple in two parts.»
- rol
- «He played the part of the king.»
- Hij speelde de rol van de koning.
- «He played the part of the king.»
| vervoeging | |
|---|---|
| onbepaalde wijs | to part |
| he/she/it | parts |
| verleden tijd | parted |
| voltooid deelwoord |
parted |
| onvoltooid deelwoord |
parting |
| gebiedende wijs | part |
part
- afscheid nemen
| enkelvoud | meervoud | ||
|---|---|---|---|
| zonder lidwoord | met lidwoord | zonder lidwoord | met lidwoord |
| part | la part | parts | les parts |
part v
- Afgeleid van het Duitse Part
part m
- port
- –
- wětšy part m – groter deel
part
- IPA: /part/
- part
- Afgeleid van het Latijnse pars
- (muziek) partij; een deel in een muziekstuk dat betrekking heeft op één instrument of zangstem
- (kunst)(spreektaal) rol; een uitbeelding van een personage in een film of toneelstuk
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| nominatief | part | party |
| genitief | partu | partů |
| datief | partu | partům |
| accusatief | part | party |
| vocatief | parte | party |
| locatief | partu | partech |
| instrumentalis | partem | party |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Slovník spisovného jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Příruční slovník jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
- Česko-německý slovník Fr. Št. Kotta - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch / Duits)
part
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 4
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 1 lettergreep in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 96 %
- Prevalentie Vlaanderen 93 %
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 4
- Woorden in het Engels met audioweergave
- Woorden in het Engels met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Werkwoord in het Engels
- Woorden in het Frans
- Woorden in het Frans van lengte 4
- Woorden in het Frans met audioweergave
- Woorden in het Frans met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Frans
- Woorden in het Nedersorbisch
- Zelfstandig naamwoord in het Nedersorbisch
- Woorden in het Middelengels
- Zelfstandig naamwoord in het Middelengels
- Woorden in het Tsjechisch
- Woorden in het Tsjechisch met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Tsjechisch
- Muziek in het Tsjechisch
- Kunst in het Tsjechisch
- Spreektaal in het Tsjechisch
- Mannelijk zelfstandig naamwoord in het Tsjechisch
- Onbezield mannelijk zelfstandig naamwoord in het Tsjechisch
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Tsjechisch