hoogte
Uiterlijk
- hoog·te
- In de betekenis van ‘afmeting in verticale richting’ voor het eerst aangetroffen in 1452 [1]
- Afgeleid van hoog met het achtervoegsel -te.
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | hoogte | hoogtes hoogten |
| verkleinwoord | hoogtetje | hoogtetjes |
de hoogte v
- (geologie) een verheffing van de aardkorst
- (algemeen) de mate waarin iets hoog is, niveau, peil, stand
- ▸ Na een tijdje merkte ik duidelijk aan mijn oren dat we van zeeniveau naar duizend meter hoogte aan het klimmen waren.[2]
- ▸ De postcodes, de bakstenen, de wel of niet aanwezige rozenstruik, de voetenschraper, de hoogte van een stoepje of het ontbreken ervan was een taal die ik nu ook sprak.[3]
- Denver ligt op een hoogte van 1600 meter.
- (natuurkunde) door de frequentie bepaalde klank, toonhoogte
|
|
|
|
- Geen hoogte van iemand/iets [kunnen] krijgen
Iemand niet kunnen doorgronden/iets niet kunnen beoordelen
- Iemand in de hoogte steken
Iemand (te veel) prijzen
- Op de hoogte zijn [van/met]
Bekend zijn met iets, kennis hebben van iets
- Op de hoogte zijn [van]
Kennis hebben van iets
- ∗ Heel even is het of er een ander op dit adres woont en het huis ritmen en gewoonten kent waarvan zij niet op de hoogte is.[4]
- Op de hoogte blijven
Kennis blijven houden door ontwikkelingen en het nieuws te volgen
- Op de hoogte houden
Iemand blijvend informeren
- Op de hoogte brengen/stellen
Iemand ergens over in kennis stellen, iemand over iets informeren
- Tot grote hoogte stijgen
veel bereiken
- Uit de hoogte doen
je beter voelen dan een ander en dat ook laten merken
- Zich op eenzame hoogte bevinden
Veel beter in iets zijn dan ieder ander
- Vanaf de 19e eeuw kwam op de hoogte steeds vaker voor als een vaste verbinding. De betekenis ontwikkelde zich daarbij van letterlijk "zich op dezelfde hoogte bevindend als" naar het figuurlijke "op het vereiste niveau", en dus "bekend met".[5]
1. een verheffing van de aardkorst
op de hoogte zijn
|
op de hoogte zijn van iets
|
- Het woord hoogte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "hoogte" herkend door:
| 100 % | van de Nederlanders; |
| 100 % | van de Vlamingen.[6] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "hoogte" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers

- ↑ Jessie Burton vert. Marja Borg“De muze” (2017), Luitingh-Sijthoff
, ISBN 9789024574704 - ↑ Jessie Burton vert. Mieke Trouw-Luyckx“Het huis aan de Herengracht” (2022), Luitingh-Sijthoff
, ISBN 9789024586332 - ↑ Joop van der Horst 2013, Taal op drift. Lange-termijnontwikkelingen in taal en samenleving, Amsterdam: Meulenhoff, p. 142-146.
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- WikiWoordenboek:Pagina's die ISBN magische koppelingen gebruiken
- Achtervoegsel -te in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Geologie in het Nederlands
- Natuurkunde in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %