bouwhoogte

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • bouw·hoog·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord bouwhoogte bouwhoogten
bouwhoogtes
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de bouwhoogtev

  1. de hoogte van de top van een bouwwerk
     De Omgevingswet wordt omschreven als een van de grootste wetswijzigingen sinds de invoering van de Grondwet in 1848. Voorheen moesten projecten op geluidsoverlast, milieu-impact, veiligheid en bijvoorbeeld bouwhoogte worden getoetst aan 26 wetten. Die worden nu vervangen door één wet. Zo moet het sneller en makkelijker worden om een garage om te bouwen tot bedrijfsruimte, huizen te bouwen op een voormalig industrieterrein of van een leeg stuk grond een speelveld te maken.[1]
     Na reacties van buurtbewoners heeft de gemeente nu in het bestemmingsplan opgenomen dat er een brede groene zone komt als buffer tussen het park en woonwijken. Ook is er een maximale bouwhoogte van attracties in de Efteling vastgelegd.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 25 maart 2023 Weblink bron
    Yoeri Vugts
    “Ambtenaren willen uitstel Omgevingswet: 'Dit wordt volgende parlementaire enquête'” (Dinsdag 28 juni 2022, 06:00), NOS
  2. Bronlink geraadpleegd op 25 maart 2023 Weblink bron “Efteling mag onder voorwaarden uitbreiden” (Vrijdag 24 augustus 2018, 17:29), NOS