middaghoogte
Uiterlijk
- mid·dag·hoog·te
- samenstelling van middag en hoogte
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | middaghoogte | middaghoogten middaghoogtes |
verkleinwoord | middaghoogtetje | middaghoogtetjes |
de middaghoogte v
- (astronomie) de zonshoogte om 12 uur ware plaatselijke tijd
- Op het moment van de middaghoogte staat de zon pal zuid.
1. de zonshoogte om 12 uur ware plaatselijke tijd
- Het woord middaghoogte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.