rijhoogte

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • rij·hoog·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord rijhoogte rijhoogtes
rijhoogten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de rijhoogtev

  1. de hoogte tussen de weg en de bodem van een auto
    • Er is een beperkt aanbod aan ‘A4 Allroad’: net als de Audi A6 Allroad is dit een stoere variant van de A4 met een grotere rijhoogte en zwarte kunststof bumpers. In tegenstelling tot veel andere auto’s van dit type, heeft de A4 Allroad altijd quattro vierwielaandrijving. [1] 
    • Aan zijn zitvlak en handen voelt een coureur feilloos hoe de bolide reageert. De setup - het afstellen van bijvoorbeeld vering, bandendruk, vleugels of rijhoogte - bepaalt hoeveel balans, grip en snelheid een F1-auto heeft. Elk circuit vraagt echter om een eigen aanpak, die al in de war kan raken als de buitentemperatuur opeens verandert. De setup is dan ook een van de belangrijkste en gevoeligste aspecten voor de F1-coureur. [2] 
    • Zo moest er bijvoorbeeld een handrem worden ingebouwd en het bleek onmogelijk om de V8 motor aan te passen zodat hij door de emissienormen zou raken. Daarom werd gekozen voor een tweeliter turbo-krachtbron van Cosworth die om en bij de 370 pk uitbraakt. De rijhoogte moest ook aangepast worden, die is nu aanpasbaar tussen de vijf en de zeven en een halve centimeter. [3] 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

96 % van de Nederlanders;
90 % van de Vlamingen.[4]


Verwijzingen