storm
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Inhoud
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- storm
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘hevige wind’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1240 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | storm | stormen |
verkleinwoord | stormpje | stormpjes |
Zelfstandig naamwoord
storm m
- (meteorologie) erg harde wind (windkracht 9)
- ▸ Was hun koning, Willem de Veroveraar, niet tijdens een geweldige storm, dankzij de heilige Nicolaas, veilig van Normandië naar Engeland gevaren? Want Nicolaas was in staat de wind en de onstuimige kracht der golven te doen bedaren![2]
Synoniemen
Antoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
|
Vertalingen
1. erg harde wind
Werkwoord
vervoeging van |
---|
stormen |
storm
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stormen
- Ik storm.
- gebiedende wijs van stormen
- Storm!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van stormen
- Storm je?
Gangbaarheid
- Het woord storm staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'storm' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "storm" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Marijke van Raephorst
“Het hele jaar rond: van Sinterklaas tot Sintemaarten” (1973), Lemniscaat
, p. 10
Engels
Zelfstandig naamwoord
storm
Noors
Uitspraak
Woordafbreking
- storm
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van het Oudnoorse zelfstandige naamwoord stormr.
Naar frequentie | 2697 |
---|
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | storm | stormen | stormer | stormene |
genitief | storms | stormens | stormers | stormenes |
Zelfstandig naamwoord
storm
Nynorsk
Uitspraak
Woordafbreking
- storm
Woordherkomst en -opbouw
- Afkomstig van het Oudnoorse zelfstandige naamwoord stormr.
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | storm | stormen | stormar | stormane |
Zelfstandig naamwoord
storm
Categorieën:
- Woorden met boekreferenties
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 5
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Meteorologie in het Nederlands
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 5
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Meteorologie in het Engels
- Woorden in het Noors
- Woorden in het Noors van lengte 5
- Woorden in het Noors met audioweergave
- Woorden in het Noors met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Noors
- Meteorologie in het Noors
- Woorden in het Nynorsk
- Woorden in het Nynorsk van lengte 5
- Woorden in het Nynorsk met audioweergave
- Woorden in het Nynorsk met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nynorsk
- Meteorologie in het Nynorsk