parabola

Uit WikiWoordenboek
Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: parábola

Engels

Uitspraak
  • IPA: /pəˈræbələ/
Woordafbreking
  • pa·ra·bo·la
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
parabola parabolas, parabolae

Zelfstandig naamwoord

parabola

  1. (wiskunde) parabool


Italiaans

Uitspraak
  • IPA: /paˈraːbɔla/
Woordafbreking
  • pa·ra·bo·la
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
parabola parabole

Zelfstandig naamwoord

parabola v

  1. (wiskunde) parabool
  2. (religie) parabel, allegorisch verhaal
  3. (techniek) schotelantenne
Synoniemen
Afgeleide begrippen


Latijn

Uitspraak
  • IPA: /paˈrabɔˌla/
Woordafbreking
  • pa·ra·bo·la
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

părăbŏla v

  1. vergelijking, gelijkenis
    «illi, qui simpliciter et demonstrandae rei causa eloquebantur, parabolis referti sunt [...][1]»
    zij, die eenvoudig spreken om een zaak aan te tonen, wemelen toch van de vergelijkingen [...]
  2. (Kerklatijn), (religie) parabel, allegorisch verhaal
    «et locutus est eis multa in parabolis dicens ecce exiit qui seminat seminare [...][2].»
    En hij sprak hen uitvoerig toe en vertelde in gelijkenissen: "Iemand ging eens naar buiten om zijn zaad te zaaien [...]"
  3. (Laatlatijn) spreekwoord, scheldwoord, uitspraak
    «adsumptaque parabola sua dixit: "[...]"[3].»
    Hij hief zijn orakelspreuk aan en zei: "[...]"
  4. (Laatlatijn) woord, woorden, het praten
  5. (Neolatijn), (wiskunde) parabool
    «Manifestum quidem est hanc aequationem esse pro Parabola.[4]»
    Het is in elk geval duidelijk dat dit een vergelijking is voor een parabool.
Verbuiging
enkelvoud meervoud
nominatief părăbŏla părăbŏlae
genitief părăbŏlae părăbŏlārum
datief părăbŏlae părăbŏlīs
accusatief părăbŏlam părăbŏlās
ablatief părăbŏlā părăbŏlīs
vocatief părăbŏla părăbŏlae
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Overerving en ontlening
    Overerving (via vulgair Latijn *parábǫla )
    Ontlening

Verwijzingen

  1. ↑ L. Annaeus Seneca, Epistulae morales ad Lucilium LIX, 6.
  2. ↑ Biblia Sacra Vulgata (Stuttgartensia), Matt 13:3
  3. ↑ Biblia Sacra Vulgata (Stuttgartensia), Num 23:7
  4. ↑ Leonhardus Eulerus, Methodus inveniendi lineas curvas, maximi minimive proprietate gaudentes, Additamentum II.


Pools

Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn

Zelfstandig naamwoord

parabola v

  1. (wiskunde) parabool; een kegelsnede waarbij het snijvlak parallel loopt met een lijn die aan de kegel raakt en tevens het toppunt snijdt
  2. (letterkunde) parabel; zinnebeeldig verhaal dat dient om een religieus, moreel of filosofisch idee te illustreren
Synoniemen
  1. –
  2. przypowieść

Meer informatie


Schots

Zelfstandig naamwoord

parabola

  1. (wiskunde) parabool; een kegelsnede waarbij het snijvlak parallel loopt met een lijn die aan de kegel raakt en tevens het toppunt snijdt

Meer informatie


Slowaaks

Zelfstandig naamwoord

parabola v

  1. (wiskunde) parabool; een kegelsnede waarbij het snijvlak parallel loopt met een lijn die aan de kegel raakt en tevens het toppunt snijdt
  2. (letterkunde) parabel; zinnebeeldig verhaal dat dient om een religieus, moreel of filosofisch idee te illustreren
Synoniemen
  1. –
  2. podobenstvo o

Meer informatie


Tsjechisch

Uitspraak
  • IPA: /parabɔla/
Woordafbreking
  • pa·ra·bo·la
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Latijn

Zelfstandig naamwoord

parabola v

  1. (wiskunde) parabool; een kegelsnede waarbij het snijvlak parallel loopt met een lijn die aan de kegel raakt en tevens het toppunt snijdt
  2. (letterkunde) parabel; zinnebeeldig verhaal dat dient om een religieus, moreel of filosofisch idee te illustreren
Verbuiging
  enkelvoud meervoud
nominatief parabola paraboly
genitief paraboly parabol
datief parabole parabolám
accusatief parabolu paraboly
vocatief parabolo paraboly
locatief parabole parabolách
instrumentalis parabolou parabolami
Synoniemen
  1. –
  2. alegorie v, podobenství o
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen

Meer informatie

Verwijzingen

Overgenomen van "https://nl.wiktionary.org/w/index.php?title=parabola&oldid=4436050"