led

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Leds
Uitspraak
Woordafbreking
  • led
Woordherkomst en -opbouw
  • Komt van de Engelse woordencombinatie "light emitting diode".
enkelvoud meervoud
naamwoord led leds
verkleinwoord ledje ledjes

Zelfstandig naamwoord

de ledm

  1. (elektrotechniek) (letterwoord) een lichtuitzendende (lichtemitterende) diode en een elektronische lichtbron
    • Blauwe ledjes zijn een latere uitvinding dan rode of groene. 
Vertalingen

Gangbaarheid

84 % van de Nederlanders;
83 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be


Engels

Uitspraak

Werkwoord

led

  1. verleden tijd van lead
  2. voltooid deelwoord van lead
  3. onder leiding van
    «Police led by CID officer Zigunde exhumed the body and took it to a hospital.»
    De politie onder leiding van de rechercheur Zigunde heeft het lichaam opgegraven en naar een ziekenhuis gebracht.


Limburgs

Zelfstandig naamwoord

led o

  1. (elektrotechniek) led; een lichtuitzendende (lichtemitterende) diode en een elektronische lichtbron
Schrijfwijzen


Tsjechisch

Uitspraak
Woordafbreking
  • led
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het Proto-Slavische *ledъ

Zelfstandig naamwoord

led monbezield

  1. (natuurkunde) ijs; de vaste vorm van water, bevroren water
    «Led je skupenství vody.»
    IJs is een aggregatietoestand van water.
Verbuiging
Gelijkklinkende woorden
Afgeleide begrippen
Typische woordcombinaties
Verwante begrippen
Anagrammen
Uitdrukkingen en gezegden

Meer informatie

Verwijzingen

Afkorting

led

  1. (tijdrekening) jan., januari
Schrijfwijzen