gebed

Niet te verwarren met: gebet, Gebet

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  gebed    (hulp, bestand)
• IPA: /ɣə'bɛt/

Woordafbreking

• ge·bed

Woordherkomst en -opbouw

• In de betekenis van ‘het bidden’ voor het eerst aangetroffen in 901
• Naamwoord van handeling van bidden met het voorvoegsel ge-.
• vervoeging van bedden: de stam met omvoegsel ge- -d, zonder -d omdat de stam al op -d eindigt

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	gebed	gebeden
verkleinwoord	gebedje	gebedjes

Zelfstandig naamwoord

gebed o

1. het bidden.

   ▸ De tweede werd geboren in de zesde eeuw. Eigenlijk was hij een zeer eenvoudige monnik, die later abt werd van het klooster in Myra. Een bijzonder vrome man, die door zijn gebed de mensen kon genezen. Hij overleed op 10 december van het jaar 564.

   • Gebed: Moeder Maria, bevrijd ons van Poetin (Pussy Riot) 
   • Alles draait in dienst in Baptistenkerk om het thema dankbaarheid. Of het nu het gebed, de preek, een klein toneelspel of de tekst van psalmen, gezangen en liederen, is, alles daat erom dat mensen in het leven dankbaar moeten zijn.  

Hyponiemen

   

ambtsgebed avondgebed bedelaarsgebed breviergebed = dankgebed dronkenmansgebed etagebed formuliergebed = koorgebed ochtendgebed rozenkransgebed schietgebed = slotgebed smeekgebed tafelgebed veertigurengebed vrijdaggebed

Afgeleide begrippen

   

gebedenboek gebedsboek gebedsdienst = gebedsgenezer gebedsgenezing gebedsgroep = gebedshouding gebedshuis gebedsketting = gebedskleed gebedsmolen gebedsnis gebedsriem = gebedssnoer gebedsvereniging gebedsvlag gebedswake

Werkwoord

vervoeging van:	bedden…
verbogen vorm:	gebede

gebed

1. voltooid deelwoord van bedden

Vertalingen

    1. het bidden   

Arabisch: صلاة (ar) Deens: bøn (da) Duits: Gebet (de) o Engels: prayer (en) Esperanto: preĝo (eo) Estisch: palve (et) Frans: prière (fr) Hebreeuws: תפילה (he) Italiaans: preghiera (it) v Limburgs: gebaed (li) o Macedonisch: молитва (mk) v (mólitva) Papiaments: orashon / oracion

Pennsylvania-Duits: Gebet (pdc) o Pools: modlitwa (pl) v Russisch: молитва (ru) v (molítva) Servisch: Cyrillisch: молитва (sr) v Westers: molitva (sr) v Sloveens: molitev (sl) v Slowaaks: modlitba (sk) v Spaans: oración (es) v, rezo (es) m Turks: dua (tr) Zweeds: bön (sv)

Gangbaarheid

• Het woord gebed staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "gebed" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
99 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.

Angelsaksisch

Uitspraak

• IPA: /jeˈbed/

	enkelvoud	meervoud
nominatief	ġebed	ġebedu
genitief
datief
accusatief

Zelfstandig naamwoord

ġebed o

1. gebed

   «Hie to gebede feollon.»

   Zij vielen op hun knieën ten gebede.