wintermaand
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: wintermaand (hulp, bestand)
- IPA: /ˈwɪntərmant/
Woordafbreking
- win·ter·maand
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘december’ voor het eerst aangetroffen in 1050 [1]
- samenstelling van winter en maand [2]
- [2] uit Oudnederlands wintarmānoth en Middelnederlands wintermaent; omdat de winter in december begint[3]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wintermaand | wintermaanden |
verkleinwoord | wintermaandje | wintermaandjes |
Zelfstandig naamwoord
wintermaand v
- (meteorologie) de eerste, tweede of de twaalfde maand van het jaar
- December, januari en februari zijn wintermaanden.
- ▸ In een groot deel van Nederland ging de oorlog nog een paar maanden door. Het waren uiterst moeilijke wintermaanden. Het was heel koud en er was bijna geen eten. Daarom heet deze winter van 1944 'de Hongerwinter'. Maar op 5 mei 1945 was de rest van Nederland ook bevrijd. Soldaten uit Canada, Amerika, Groot-Brittannië en Polen hebben Nederland bevrijd.[4]
- ▸ Buiten de wintermaanden gebruiken honderden boeren langs de Maas de grond voor de verbouw van bijvoorbeeld aardappelen en maïs en voor gras- en hooiland. De boeren betogen dat er geen onderscheid gemaakt moet worden tussen schade binnen en buiten de dijk.[5]
- oude naam voor de twaalfde maand van het kalenderjaar
Synoniemen
Antoniemen
Hyperoniemen
- [1] seizoen, jaargetijde
Hyponiemen
- [1] winterdag
Verwante begrippen
Vertalingen
1. wintermaand
Gangbaarheid
- Het woord wintermaand staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "wintermaand" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[7] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "wintermaand" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ wintermaand op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron
nieuwsbegrip.nl“75 jaar vrijheid in Nederland” (2-9-2019), CED-groep - ↑
Weblink bron “Toch waterschadevergoeding voor Limburgse boeren in uiterwaarden” (7-08-2021), NOS
- ↑ Noel Chomel, M.; vert.: J.L. Schuer & A.H. WesterhofHuishoudelyk woordboek, Vervattende vele middelen om zyn goed te vermeerderen, en zyne gezondheid te behouden, Met verscheiden wisse en beproefde middelen (1743) S. Luchtmans/H. Uytwerf, Leiden/Amsterdam; p. 532; geraadpleegd 2015-06-21
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 11
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Meteorologie in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %
- Maand in het Nederlands