inductie
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·duc·tie
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘redeneren van het bijzondere naar het algemene’ voor het eerst aangetroffen in 1863 [1]
- Naamwoord van handeling van induceren met het achtervoegsel -tie [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | inductie | inducties |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de inductie v
- (medisch) opwekking, teweegbrenging, beïnvloeding
- (biologie) opwekking van een ontwikkeling in een organisme of weefsel door beïnvloeding door een ander deel
- (psychologie) beïnvloeding door iemand met een geestelijke stoornis van mensen uit zijn omgeving
- (filosofie) het redeneren waarbij men de afwijking als uitgangspunt neemt en daaruit de algemene regel probeert af te leiden
- (wiskunde) een bewijsvoering door de systematiek van enkele typerende gevallen vast te stellen en te bewijzen dat alle overige gevallen zich overeenkomstig gedragen
- (taalkunde) de klankwijziging van een klinker door de klank van de erop volgende lettergreep. (beïnvloeding)
- (natuurkunde) (elektrotechniek) opwekking van een spanning in een elektrische geleider door een verandering in het omringende magneetveld
Synoniemen
- [2] ontlokking, teweegbrenging, veroorzaking
- [3] beïnvloeding, inboezeming, inwerking
- [6] klankverandering, klinkerverandering
Antoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
- [3] suggestie
- [6] umlaut
- [7] antenne, bobine, detectielus, dynamo, magneetveld, pinpas, ringleiding, sensor, smoorspoel, transformator, ontstekingsspoel
Vertalingen
1. gevolgtrekking
2. het opgang komen van een ontwikkeling door beïnvloeding door een ander deel
3. de beïnvloedende werking op andere mensen
4. het redeneren uitgaande van de afwijking
5. bewijsvoering uitgaande van typende gevallen
7. spanningsopwekking in geleider
Gangbaarheid
- Het woord inductie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "inductie" herkend door:
95 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "inductie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ inductie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Achtervoegsel -tie in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Medisch in het Nederlands
- Biologie in het Nederlands
- Psychologie in het Nederlands
- Filosofie in het Nederlands
- Wiskunde in het Nederlands
- Taalkunde in het Nederlands
- Natuurkunde in het Nederlands
- Elektrotechniek in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 95 %
- Prevalentie Vlaanderen 98 %