star
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Inhoud
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- star
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | star | starder | starst |
verbogen | starre | stardere | starste |
partitief | stars | starders | - |
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘beroemd acteur’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1931 [1]
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘strak, stijf’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1824 [2]
Bijvoeglijk naamwoord
star
- verstijfd en onbuigzaam
- De starre houding van de apartheidsregering leidde tot haar isolement.
Afgeleide begrippen
Gangbaarheid
- Het woord star staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'star' herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen. |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
Engels
Zelfstandig naamwoord
star
Oppersorbisch
Zelfstandig naamwoord
star m
- ster; een beroemdheid.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 4
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 96 %
- Prevalentie Vlaanderen 91 %
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 4
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Woorden in het Oppersorbisch
- Zelfstandig naamwoord in het Oppersorbisch