reeds
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- reeds
Woordherkomst en -opbouw
Bijwoord
reeds [3]
- (formeel) al
- Hij heeft de auto reeds gewassen.
- reeds was een veel gebruikt woord in de Fred Haché Show (Wim T. Schippers)
Synoniemen
Vertalingen
1. al
Gangbaarheid
- Het woord reeds staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "reeds" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "reeds" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ reeds op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Engels
Uitspraak
Werkwoord
reeds
- derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van (to) reed
Zelfstandig naamwoord
reeds mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord reed
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 5
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Bijwoord in het Nederlands
- Formeel in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 5
- Woorden in het Engels met audioweergave
- Werkwoordsvorm in het Engels
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Engels