Thai
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
ISO 639-3 |
---|
tha |
bestand |
Uitspraak
Woordafbreking
- Thai
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | Thai | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
Thai o
- (taal) de officiële taal van Thailand
- Ik spreek helaas geen Thai.
- volk in Zuidoost-Azië
- (demoniem) (demografie) inwoner van Thailand
Synoniemen
- [3] Thailander
Verwante begrippen
- [3] Thaise
Vertalingen
1. de officiële taal van Thailand
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Gangbaarheid
- Het woord Thai staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Afrikaans
Zelfstandig naamwoord
Thai
Engels
Uitspraak
Zelfstandig naamwoord
Thai
- (taal) Thai
- (demoniem) Thai, Thailander
Bijvoeglijk naamwoord
Thai
Nedersaksisch
Zelfstandig naamwoord
Thai
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 4
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Taal in het Nederlands
- Demoniem in het Nederlands
- Demografie in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Woorden in het Afrikaans
- Zelfstandig naamwoord in het Afrikaans
- Taal in het Afrikaans
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 4
- Woorden in het Engels met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Taal in het Engels
- Demoniem in het Engels
- Bijvoeglijk naamwoord in het Engels
- Woorden in het Nedersaksisch
- Zelfstandig naamwoord in het Nedersaksisch
- Taal in het Nedersaksisch
- Chiang-Saeng-talen