ook
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ook
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘bijwoord van modaliteit: bovendien’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1001 [1]
=
|
Bijwoord
ook
- daarnaast; verder; tevens
- Ook de brandweer was naar het ongeluk toegekomen.
Synoniemen
Uitdrukkingen en gezegden
- ook al
- ook maar
zelfs niet dat weinige
- Hij verliet het land zonder ook maar een keer terug te komen. (Hij kwam dus nul keer terug)
Vertalingen
1. daarnaast; verder; tevens
ook al
|
Gangbaarheid
- Het woord ook staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ook" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ "ook" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑
Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Yucateeks
Zelfstandig naamwoord
ook
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 3
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 1 lettergreep in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Bijwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %
- Woorden in het Yucateeks
- Zelfstandig naamwoord in het Yucateeks
- Anatomie in het Yucateeks