Naar inhoud springen

gris

Uit WikiWoordenboek
Versie door MarcoSwart (overleg | bijdragen) op 17 mei 2018 om 16:43 (→‎top: aanvulling met AWB)

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • gris

Werkwoord

vervoeging van
grissen

gris

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grissen
    • Ik gris. 
  2. gebiedende wijs van grissen
    • Gris! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van grissen
    • Gris je? 


Catalaans

Sjabloon:-canoun-

Zelfstandig naamwoord

gris m

  1. (kleur) grijs

Bijvoeglijk naamwoord

gris

  1. (kleur) grijs


Frans

Uitspraak

Zelfstandig naamwoord

gris m

  1. (spreektaal) Maghrebijn [1]

Verwijzingen

Noors

En gris.
Een varken.
Uitspraak
Woordafbreking
  • gris
Woordherkomst en -opbouw
  • [A] Afkomstig van het Oudnoorse woord gríss
  • [B] Afkomstig van het Franse woord graisse
Naar frequentie 2509
m
[A] + [B]
enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   gris     grisen     griser     grisene  
genitief   gris'     grisens     grisers     grisenes  

Zelfstandig naamwoord

[A] gris, m

  1. (dierkunde) Sus scrofa domesticus op Wikispecies, varken
  2. (scheldwoord), (figuurlijk) zwijn
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen

Zelfstandig naamwoord

[B] gris, m

  1. vet
Synoniemen


Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • gris
Woordherkomst en -opbouw
  • [A] Afkomstig van het Oudnoorse woord gríss
  • [B] Afkomstig van het Franse woord graisse
[A] enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   gris     grisen     griser
grisar  
  grisene
grisane  

Zelfstandig naamwoord

[A] gris, m

  1. (dierkunde) Sus scrofa domesticus op Wikispecies, varken
  2. (scheldwoord), (figuurlijk) zwijn
Synoniemen
Hyperoniemen
Hyponiemen
[B] enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   gris     grisen     grisar     grisane  

Zelfstandig naamwoord

[B] gris m

  1. vet
Hyperoniemen


Spaans

Uitspraak
Woordafbreking
  • gris
enkelvoud meervoud
gris grises

Zelfstandig naamwoord

gris m

  1. (kleur) grijs
  enkelvoud meervoud
mannelijk gris grises
vrouwelijk gris grises

Bijvoeglijk naamwoord

gris

  1. (kleur) grijs


Zweeds

Uitspraak
Woordafbreking
  • gris
Naar frequentie 2791
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   gris     grisen     grisar     grisarna  
genitief   gris     grisens     grisars     grisarnas  

Zelfstandig naamwoord

gris

  1. (dierkunde) varken
  2. (scheldwoord), (figuurlijk) zwijn

Zelfstandig naamwoord

gris

  1. genitief onbepaald gemeenschappelijk geslacht enkelvoud van [[gris#{{|no=1}}|gris]][[Categorie:Zelfstandignaamwoordsvorm in het {{|no=1}}]]