dinosauří

Tsjechisch

Uitspraak

• IPA: /dɪnɔsaʊ̯r̝iː/

Woordafbreking

• di·no·sau·ří

Woordherkomst en -opbouw

• Afgeleid van het zelfstandig naamwoord dinosaurus met het achtervoegsel -ří

Bijvoeglijk naamwoord

dinosauří

1. (dierkunde) dinosauriër-; met betrekking tot dinosauriërs

Verbuiging

	enkelvoud				meervoud
	mannelijk		vrouwelijk	onzijdig	mannelijk		vrouwelijk	onzijdig
	bezield	onbezield			bezield	onbezield
nominatief	dinosauří				dinosauří
genitief	dinosauřího		dinosauří	dinosauřího	dinosauřích
datief	dinosauřímu		dinosauří	dinosauřímu	dinosauřím
accusatief	dinosauřího	dinosauří			dinosauří
vocatief	dinosauří				dinosauří
locatief	dinosauřím		dinosauří	dinosauřím	dinosauřích
instrumentalis	dinosauřím		dinosauří	dinosauřím	dinosauřími

Verwijzingen

• Internetová jazyková příručka - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)
• Slovník spisovného jazyka českého - Ústav pro jazyk český AV ČR (Tsjechisch)