toestand
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- toe·stand
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Duits, in de betekenis van ‘gesteldheid’ voor het eerst aangetroffen in 1648 [1]
- samenstelling van toe en stand
- Naamwoord van handeling van toestaan
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | toestand | toestanden |
verkleinwoord | toestandje | toestandjes |
Zelfstandig naamwoord
toestand m
- een geheel van omstandigheden waarin iets of iemand zich bevindt
- De toestand in de wereld is momenteel goed.
- de informatie die men over een systeem moet hebben om het gedrag ervan te kunnen bepalen
- een 10-bits register kan 1024 toestanden aannemen, elke nieuwe toestand volgt uit de huidige en de ingangssignalen
- een ongelukkige situatie (gedoe, gezeur)
- Wat een toestand, zeg!
Verwante begrippen
- constellatie, gesteldheid, hoedanigheid, stand van zaken
Hyponiemen
|
Afgeleide begrippen
Vertalingen
geheel van omstandigheden
Gangbaarheid
- Het woord toestand staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "toestand" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[2] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Bezieldheid: niet geanimeerd
- Metadomein: abstract
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 97 %