snor
Uiterlijk
- snor
- [1] (verkorting) van snorbaard, in de betekenis van ‘haar op de bovenlip’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1844 [1] [2] [3]
- [2],[3],[4] Naamwoord van handeling snorren ww [4] [5] [6]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | snor | snorren |
verkleinwoord | snorretje | snorretjes |
- beharing tussen neus en bovenlip
- ▸ Hij leek een permanente glimlach te hebben onder zijn borstelige snor en was hier in de wildernis duidelijk in zijn element.[7]
- ▸ We zeiden niet veel, wat hadden twee negenjarigen kunnen zeggen? We zaten er met gebogen hoofd en dachten aan hem, zagen hem voor ons, vooral zijn blik en zijn snor.[8]
- (zangvogels) vogel (Locustella luscinioides ) die tot de rietzangers Sylviidae behoort en een snorrend geluid voortbrengt [9]
- speelgoed dat een brommend geluid voortbrengt
- lichte dronkenschap
- (verkeer) wagen voor ongeregeld passagiersvervoer
- blauwsnor, borstelsnor, bromsnor, druipsnor, duinsnor, gluipsnor, hangsnor, hitlersnor, kattensnor, krulsnor, poppensnor, poppesnor, tandenborstelsnor, walrussensnor, walrussnor, zeiksnor
- snorbaardvleermuis, snorgraszanger, snornachtegaal, snortamarin, snortikker, snortwijgtimalia, snorvaalhaai, snorzweefvlieg
- gesnor, snor aan, snor af, snor op, snorbaard, snorbinder, snorder, snordragend, snorfiets, snorfietser, snorhaar, snorloos, snorpunt, snorrebaard, snorrebot, snorredoos, snorren aan, snorren af, snorren op, snorrenbaard, snorrenkop, snorrepijp, snorrepijperijen, snorring, snorscooter, snortoerisme, snorvleermuis, snorwagen
1. beharing
2. vogel
vervoeging van |
---|
snorren |
snor
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van snorren
- Ik snor.
- gebiedende wijs van snorren
- Snor!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van snorren
- Snor je?
- Het woord snor staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "snor" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[10] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ (haar) snor op website: Etymologiebank.nl
- ↑ "snor" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ snor (vogelsoort) op website: Etymologiebank.nl
- ↑ snor (lichte dronkenschap) op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044632767
- ↑ (vogel) snor op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 4
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 1 lettergreep in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Verkorting in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Zangvogels in het Nederlands
- Vogels in het Nederlands
- Verkeer in het Nederlands
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 100 %