chordadieren
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands

Uitspraak
- (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
- chor·da·die·ren
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van chorda en dieren zn
- chordadier zn met de uitgang -en
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | chordadieren | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
chordadieren mv
- meervoud van het zelfstandig naamwoord chordadier
- meervoudsvorm als officiële benaming (dieren) een stam Chordata
in het dierenrijk, waartoe de gewervelden, slijmprikken, manteldieren en lancetvisjes behoren. De stam omvat alle dieren die, althans in aanleg, een chorda hebben. Dit is een flexibel, staafachtig orgaan in de rug van het dier. Van de oorspronkelijke chorda is meestal alleen in het embryonale stadium nog iets terug te vinden
Hyponiemen (in taxonomische zin)
Gangbaarheid
- Het woord 'chordadieren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 12
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Zelfstandignaamwoordsvorm in het Nederlands
- Meervoudsvorm binnen nomenclatuur in het Nederlands
- Dieren in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal