bikini
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
![]() |

Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- bi·ki·ni
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘tweedelig badpak’ voor het eerst aangetroffen in 1952 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bikini | bikini's |
verkleinwoord | bikinietje | bikinietjes |
Zelfstandig naamwoord
bikini m
Hyponiemen
Hyperoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen
1. tweedelige zwemkleding voor de vrouw
Gangbaarheid
- Het woord bikini staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "bikini" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[5] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "bikini" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ bikini op website: Etymologiebank.nl
- ↑ “ (2006), A. W. Bruna Uitgevers B. V. , Utrecht, ISBN 90-229-9182-2
- ↑ Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)“Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus, ISBN 9789044632767
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Engels
Uitspraak
Woordafbreking
- bi·ki·ni
Woordherkomst en -opbouw
- Het woord 'bikini' is een door de bikiniontwerper Louis Réard (1897-1984) bedachte naam, benoemd naar de atol Bikini. De Franse ontwerper introduceerde de bikini, gedragen door Micheline Bernardini, in Parijs op 5 juli 1946, vier dagen na de eerste atoomproeven door de Verenigde Staten van Amerika op de atol Bikini bij de Marshalleilanden.
Naar frequentie | 13613 |
---|
enkelvoud | meervoud |
---|---|
bikini | bikinis |
Zelfstandig naamwoord
bikini
Hyponiemen
Verwante begrippen
Italiaans
Uitspraak
Woordafbreking
- bi·ki·ni
Zelfstandig naamwoord
enkelvoud | meervoud |
---|---|
bikini | bikini |
bikini m
Synoniemen
Verwante begrippen
Turks
Uitspraak
Woordafbreking
- bi·ki·ni
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | bikini | bikiniler |
genitief | bikininin | bikinilerin |
datief | bikiniye | bikinilere |
accusatief | bikiniyi | bikinileri |
locatief | bikinide | bikinilerde |
ablatief | bikiniden | bikinilerden |
Zelfstandig naamwoord
bikini
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 6
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Kleding in het Nederlands
- Zwemmen in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 98 %
- Woorden in het Engels
- Woorden in het Engels van lengte 6
- Woorden in het Engels met audioweergave
- Woorden in het Engels met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Engels
- Kleding in het Engels
- Zwemmen in het Engels
- Woorden in het Italiaans
- Woorden in het Italiaans van lengte 6
- Woorden in het Italiaans met audioweergave
- Woorden in het Italiaans met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Italiaans
- Kleding in het Italiaans
- Zwemmen in het Italiaans
- Onverbuigbaar zelfstandig naamwoord in het Italiaans
- Woorden in het Turks
- Woorden in het Turks met audioweergave
- Zelfstandig naamwoord in het Turks
- Kleding in het Turks
- Zwemmen in het Turks