web
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- web
Woordherkomst en -opbouw
1 | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | web | webben |
verkleinwoord | webbetje | webbetjes |
2 | enkelvoud | meervoud |
---|---|---|
naamwoord | web | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
web o
- spinnenweb
- (informatica) (verkorting van) world wide web, de HTML-pagina's die met hyperlinks gekoppeld zijn en bereikbaar zijn over het internet
Afgeleide begrippen
Uitdrukkingen en gezegden
- spin in het web
belangrijk persoon om wie alles en iedereen draait, spilfiguur
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord web staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "web" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[3] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "web" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ web op website: Etymologiebank.nl
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 3
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 1 lettergreep in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Informatica in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 99 %
- Prevalentie Vlaanderen 98 %