privatiseren/vervoeging
Uiterlijk
vervoeging van de bedrijvende vorm van privatiseren | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||
onvoltooid | tegenwoordig | privatiseren | te privatiseren | ||||||
toekomend | zullen privatiseren | te zullen privatiseren | |||||||
voltooid | tegenwoordig | hebben geprivatiseerd | te hebben geprivatiseerd | ||||||
toekomend | geprivatiseerd zullen hebben | geprivatiseerd te zullen hebben | |||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||
privatiserend | geprivatiseerd | ev. privatiseer |
mv. verouderd privatiseert |
privatisere | |||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | ||
tegenwoordig (o.t.t.) | privatiseer | privatiseert | privatiseert | privatiseert | privatiseert | privatiseren | privatiseren | privatiseren | |
verleden (o.v.t.) | privatiseerde | privatiseerde | privatiseerde | privatiseerde | privatiseerde | privatiseerden | privatiseerden | privatiseerden | |
toekomend (o.t.t.t.) | zal privatiseren | zult/zal privatiseren | zult/zal privatiseren | zult privatiseren | zal privatiseren | zullen privatiseren | zullen privatiseren | zullen privatiseren | |
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou privatiseren | zou privatiseren | zou(dt) privatiseren | zoudt privatiseren | zou privatiseren | zouden privatiseren | zouden privatiseren | zouden privatiseren | |
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||
tegenwoordig (v.t.t.) | heb geprivatiseerd | hebt geprivatiseerd | hebt/heeft geprivatiseerd | hebt geprivatiseerd | heeft geprivatiseerd | hebben geprivatiseerd | hebben geprivatiseerd | hebben geprivatiseerd | |
verleden (v.v.t.) | had geprivatiseerd | had geprivatiseerd | had geprivatiseerd | hadt geprivatiseerd | had geprivatiseerd | hadden geprivatiseerd | hadden geprivatiseerd | hadden geprivatiseerd | |
toekomend (v.t.t.t.) | zal geprivatiseerd hebben | zal/zult geprivatiseerd hebben | zult/zal geprivatiseerd hebben | zult geprivatiseerd hebben | zal geprivatiseerd hebben | zullen geprivatiseerd hebben | zullen geprivatiseerd hebben | zullen geprivatiseerd hebben | |
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou geprivatiseerd hebben | zou geprivatiseerd hebben | zou/zoudt geprivatiseerd hebben | zoudt geprivatiseerd hebben | zou geprivatiseerd hebben | zouden geprivatiseerd hebben | zouden geprivatiseerd hebben | zouden geprivatiseerd hebben | |
onpersoonlijke lijdende vorm geprivatiseerd worden | |||||||||
onvoltooid | voltooid | ||||||||
tegenwoordig | er wordt geprivatiseerd | er is geprivatiseerd | |||||||
verleden | er werd geprivatiseerd | er was geprivatiseerd | |||||||
toekomend | er zal geprivatiseerd worden | er zal geprivatiseerd zijn | |||||||
voorwaardelijk | er zou geprivatiseerd worden | er zou geprivatiseerd zijn |