pluis
Uiterlijk
- pluis
- zn: afgeleid van pluizen ww "plukjes stof van iets afnemen", in de betekenis van ‘vlokje’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1651 [1][2][3]
- bn: afgeleid van pluizen ww "schoonmaken van een verenkleed" [4][5]
- ww: pluizen ww zonder de uitgang -en
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pluis | pluizen |
verkleinwoord | pluisje | pluisjes |
- vlok droge, lichte stof met een open structuur
- Een trui vol pluizen.
1. vlok droge, lichte stof met een open structuur
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pluis | - |
verkleinwoord | - | - |
het pluis o
- droge, lichte stof met een open structuur
- ▸ Er zweven momenteel zoveel pluisjes rond, is dat een teken dat er veel stuifmeel in de lucht zit? Nee, het pluis is afkomstig van populieren en komt pas vrij na de bloei van deze bomen.[6]
stellend | |
---|---|
onverbogen | pluis |
verbogen | - |
pluis
- zodat het deugt, in orde, naar behoren
Het gebruik is beperkt tot de negatieve zin “niet pluis”- "Wat doen ze daar geheimzinnig, dat is vast niet pluis."
vervoeging van |
---|
pluizen |
pluis
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pluizen
- Ik pluis.
- gebiedende wijs van pluizen
- Pluis!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van pluizen
- Pluis je?
- Het woord pluis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "pluis" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[7] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ pluis op website: Etymologiebank.nl
- ↑ "pluis" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ pluis op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Weblink bron Sander Voormolen“Vijf vragen over de hooikoortshel” (3 juni 2016) op nrc.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 5
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 1 lettergreep in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Bijvoeglijk naamwoord in het Nederlands
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 98 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %