nix

Duits

Uitspraak

• IPA: /nɪks/

Onbepaald voornaamwoord

nix

1. (informeel) niets, niks

   «Nix verläuft hier nach Plan!»

   Niks verloopt hier volgens plan!

   «Das war ja wohl mahl wieder nix!»

   Dat was toch wel weer eens niks!

Synoniemen

• nichts

Antoniemen

• alles, (et)was

Afgeleide begrippen

• das Nix

Uitdrukkingen en gezegden

Null komma nix.

• Helemaal niets.

Ein Satz mit x, das war wohl nix.

• Alles ging fout.

Latijn

Uitspraak

• IPA: /nɪks/

Zelfstandig naamwoord

nĭx v

1. (meteorologie) sneeuw
2. mv; sneeuwvlokken, sneeuwbuien, sneeuwmassa's

Verbuiging

	enkelvoud	meervoud
nominatief	nĭx	nĭvēs
genitief	nĭvis	nĭvium
datief	nĭvī	nĭvibus
accusatief	nĭvem	nĭvēs
vocatief	nĭx	nĭvēs
ablatief	nĭve	nĭvibus

Afgeleide begrippen

• niveus

Overerving en ontlening

    Overerving (via vulgair Latijn *nęvę)

Catalaans: neu v Galicisch: neve v Italiaans: neve v Occitaans: nèu v

Portugees: neve v Spaans: nieve v Waals: nive v