Naar inhoud springen

eter

Uit WikiWoordenboek
  • eter
  • afgeleid van de werkwoordstam van eten met het achtervoegsel -er
enkelvoud meervoud
naamwoord eter eters
verkleinwoord etertje etertjes

de eterm

  1. (voeding) iemand die aan het eten is
  2. (voeding) iemand die gaat komen eten
97 % van de Nederlanders;
93 % van de Vlamingen.[1]
  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be