akte

Uit WikiWoordenboek
Andere schrijfwijzen Niet te verwarren met: åkte

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ak·te
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘schriftelijk stuk’ voor het eerst aangetroffen in 1453 [1]
  • uit het Frans [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord akte akten
aktes
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

akte v / m

  1. (juridisch) stuk waarin feiten, rechtshandelingen of afspraken zijn vastgelegd, dat is opgesteld om als bewijs te dienen
    Soms stelt de wet als eis dat dit door een daartoe bevoegd openbaar ambtenaar gebeurt, men spreekt dan van een authentieke akte.
    • De ambtenaar van de burgerlijke stand maakte de geboorteakte op. 
    • In de notariële koopakte stond dat er een arfdienstbaarheid rust op het perceel grond van het pand. 
    • De visser haalde zijn visakte op bij het stadhuis. 
  2. (toneel) onderdeel van een theatervoorstelling
    • In de laatste akte van het toneelstuk overleed de held van het verhaal. 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen


Noors

Woordafbreking
  • ak·te
Naar frequentie 46407

Werkwoord

akte

  1. verleden tijd van ake


Tsjechisch

Uitspraak

Zelfstandig naamwoord

akte

  1. vocatief enkelvoud van akt