slaver
Engels
Uitspraak
- Geluid: slaver (VS) (hulp, bestand)
- IPA: /sleɪvə/
Woordherkomst en -opbouw
- (Werkwoord en zelfstandig naamwoord [A]) afkomstig van het Middelengelse werkwoord slaveren.
- (Zelfstandig naamwoord [B]) afkomstig van het Latijnse naamwoord sclavus, dat van het Griekse naamwoord σκλάβος (slaaf) komt.
vervoeging | |
---|---|
onbepaalde wijs | to slaver |
he/she/it | slavers |
verleden tijd | slavered |
voltooid deelwoord |
slavered |
onvoltooid deelwoord |
slavering |
gebiedende wijs | slaver |
Werkwoord
slaver
Synoniemen
Verwante begrippen
- [1]: salivate
enkelvoud | meervoud |
---|---|
slaver | slavers |
Zelfstandig naamwoord
[A] slaver
Synoniemen
Verwante begrippen
Zelfstandig naamwoord
[B] slaver
Afgeleide begrippen
- [1-2]: slaverer