spuug
Inhoud
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- spuug
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | spuug | - |
verkleinwoord | spuugje | spuugjes |
Zelfstandig naamwoord
spuug o
- vocht dat in de mond vloeit uit de speekselklieren
Synoniemen
Vertalingen
1. vocht dat in de mond vloeit uit de speekselklieren
Werkwoord
vervoeging van |
---|
spugen |
spuug
- eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van spugen
- Ik spuug.
- gebiedende wijs van spugen
- Spuug!
- (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van spugen
- Spuug je?
Gangbaarheid
- Het woord spuug staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'spuug' herkend door
100 % | van de Nederlanders |
98 % | van de Vlamingen. |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.