plusquamperfectum
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- plus·quam·per·fec·tum
Woordherkomst en -opbouw
- van het Latijn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | plusquamperfectum | - |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
plusquamperfectum o
Vertalingen
1.
Gangbaarheid
- Het woord 'plusquamperfectum' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
Latijn
Zelfstandig naamwoord
plusquamperfectum o
- (grammatica) vorm van het werkwoord die in het Latijn zowel de actieve als passieve voltooid verleden tijd aangeeft
- amaverat = hij had bemind
Verwante begrippen
Verbuiging
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
nominatief | plusquamperfectum | plusquamperfecta |
genitief | plusquamperfectī | plusquamperfectōrum |
datief | plusquamperfectō | plusquamperfectīs |
accusatief | plusquamperfectum | plusquamperfecta |
vocatief | plusquamperfectum | plusquamperfecta |
ablatief | plusquamperfectō | plusquamperfectīs |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.